skip to main content
Bouwverkeer en bevoorrading Zuidas kan handiger

Terwijl de Green Business Club Zuidas bezig was met een toer om grote ondernemingen samen te brengen onder een initiatief om logistieke processen te stroomlijnen en uitstootvrij te maken, stopte bij het bedrijf waarmee een afspraak was een vrachtwagen. ‘De chauffeur stapte uit, opende de deur van zijn bus en haalde er één doos papieren bekertjes uit. Dat was dus een goed voorbeeld van hoe we het níet willen.’ Directeur Zuidas David van Traa vertelde de anekdote bij de start van de bijeenkomst in Circl op 22 juni 2018 over verduurzaming van de logistieke infrastructuur. Het liep met dit voorbeeld overigens redelijk goed af, want 25 bedrijven tekenden op 25 mei 2018 een overeenkomst om te komen tot uitstootvrije stadslogistiek in 2025. Maar het voorbeeld was wel exemplarisch voor de vraag hoe je van goede intenties naar praktische uitvoering komt. Indringend was wat dat betreft het betoog van Paul Riemens, sinds twee jaar CEO van RAI. ‘Als ik ‘s ochtends op mijn werk kom terwijl er net een beurs wordt opgebouwd, dan schaam ik me kapot. Het is een bijenkorf van vrachtwagens, het stoot allemaal CO2 uit en niemand lijkt overzicht te hebben. Dat laatste is overigens niet zo, want als we het echt allemaal zouden laten gebeuren, dan werd het helemaal een chaos. Maar desondanks is de situatie ook nu al onhoudbaar. Met name voor de mensen die wonen in de buurt van RAI.’

Tunnel

Riemens pleit overslagplaatsen (‘hubs’) buiten de stad waar vrachtwagens hun lading kunnen achterlaten. Vandaar kunnen volgeladen (elektrische) vrachtwagens – voor wat betreft RAI – naar een losplek langs de A10 rijden, die met een tunnel is verbonden met RAI. Zo hoeft geen enkele vrachtwagen meer naar RAI te rijden. Dat betekent minder fileleed om de RAI, minder uitstoot in de stad en minder geluidsoverlast. Het is een mooie oplossing, maar geen eenvoudige, zei ook Riemens te beseffen. Zoiets kost geld. Eerder al pleitte Riemens mede daarom voor publiek-private samenwerking. ‘Daarnaast zullen we leveranciers er bewust van moeten maken dat andere oplossingen echt noodzakelijk zijn. Want nu nog wil elke leverancier met zijn eigen vracht aanmeren aan RAI. Dat kan gewoon niet meer.’

Eeuwenoude waterverbindingen

‘Slechte’ gewoonten bleken, naast financiën, ook het centrale thema tijdens een van de deelsessies. Die ging over logistiek over water. Treffend was de opmerking van Bart Verweijen van het bedrijf ZOEV City (Zorgeloze Oplossing Elektrisch Vervoer). ‘Vierhonderd jaar geleden legden we de Grachtengordel aan, omdat we beseften dat we onze spullen over water konden transporteren. Nu lijken we dat helemaal vergeten.’

De waterwegen van Amsterdam in 1622

Alle bouwactiviteiten in Zuidas leiden tot veel vrachtverkeer. En ondertussen liggen er eeuwenoude waterverbindingen vanaf het Amsterdamse havengebied, zoals de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder en de Kostverlorenvaart/De Schinkel. Dankzij toevoeging van het gebied Verdi aan Zuidas kunnen vrachtschepen heel dichtbij komen, namelijk in de Nieuwe Meer. ZOEV City vaart met drijvende ‘stadHUBs’ met een laadruimte van 80 ton. ‘Maar je kunt ook varen met bakken van 400 ton’, zei Verweijen. Dat zijn al gauw acht forse vrachtwagens. ‘En eenmaal gelost, nemen ze afval mee terug. Ze kunnen in de nacht varen, zodat niemand er last van heeft. Ligt die schuit er, dan beperk je de ‘last mile’ richting bouwplaats tot niet meer dan een paar honderd meter. Dan kunnen kleine elektrische vrachtwagens het overnemen.’ Onbegrip was er over het feit dat Zuidas geen ‘typisch Amsterdamse grachten’ aanlegt, maar slootjes. ‘Neem de Boelegracht. Waarom is dat geen serieuze gracht, verbonden met de Nieuwe Meer? Behalve dat je meer doet aan je waterbergingsopgave, breng je de waterverbindingen letterlijk het gebied in.’

Waterwegen richting de Nieuwe Meer

Watertransport in aanbestedingen

Enkele aanwezigen stelden dat de gemeente het voortouw moet nemen. Die moet de pleziervaart niet altijd voorrang geven en zorgen dat er meer ligplaatsen komen voor de goederenschuiten. Daarnaast moet ze in aanbestedingen als criterium opnemen dat vervoer van bouwmaterialen zoveel mogelijk over water plaatsvindt. Want hoewel aannemers volgens Verweijen wel willen, zijn het ook gewoontedieren: hun spullen komen nu eenmaal per vrachtwagen. Over de vraag of transport tot extra kosten leidt, verschilden de meningen. Sommigen stelden dat een overslagplaats ergens op het water in de buurt van Zuidas de kosten opdrijft. Anderen stelden dat transport juist goedkoper wordt, vanwege de grotere volumes en voorspelbaarheid dan over de weg.

Geef uw mening